Categorie archief: boeken

Mijn leesjaar 2021

Op Goodreads krijg je in december altijd een overzichtje te zien van wat je dit jaar gelezen hebt. In het licht van alle boeken die reeds bestaan en die ik nog ooit zou willen lezen, vind ik mijn eigen lijstje altijd heel mager. Maar tegelijk vertelt het mij altijd veel over hoe ik me gevoeld heb dat jaar en wat ik heb meegemaakt. Ook vele jaren nadien gebruik ik mijn Goodreads-archief als extern geheugen. Mijn boeken zijn leventjes op zich. Ik heb een verontrustend erbarmelijk geheugen, maar aan de hand van wat ik waar en wanneer aan het lezen was, kan ik me soms wél dingen herinneren.

Boeken zijn mijn houvast in een wankel en onzeker leven. Als moeder zonder moeder die de helft van de tijd haar kinderen moet missen, kan ik me soms vreselijk eenzaam en onthecht voelen, maar zodra ik over de drempel van een bibliotheek of boekenwinkel stap, voel ik me warm omringd door mijn familie. Het klinkt heel melig, maar ik vind geen betere manier om het uit te leggen. Eerder dit jaar ging ik door één van mijn depressieve en angstige episodes, die elkaar steeds sneller opvolgen met dank aan de pandemie, en toen ik De Boekuil in Mortsel binnenstapte en daar tussen de rekken liep, voelde ik een bijna spirituele rust over me heen dalen. Ik was thuis. 

Plezier en wijsheid

Vele lezers voelen zich opgejaagd door hun enorme ooit-te-lezen-stapel, maar dat kan ik steeds beter relativeren. Aan een gemiddelde van 35 boeken per jaar en met een optimistische levensverwachting van nog zo’n 50 jaar zal ik nog steeds maar 1750 boeken kunnen lezen. Daarna ga ik dood en heeft niemand er nog iets aan dat ik veel gelezen heb. Dus ik lees nu vooral wat me plezier of wijsheid brengt, en ik lees vooral niets uit wat me niet meer kan boeien. Stilaan heb ik ook veel van de boeken die ik ooit eens had willen lezen achter de kiezen. Er was een tijd dat ik dacht dat ik, eens volwassen, wellicht nooit meer de moed zou hebben om mijn tanden in een klassieker te zetten. Dat blijkt niet te kloppen. De afgelopen jaren heb ik vaak halve klassiekers gelezen. De helft van De toverberg, de helft van Anna Karenina, de helft van De Gebroeders Karamazov, … Er zullen lezers zijn die dat haast blasfemisch vinden. Hálve meesterwerken lezen, barbaars! Maar als het op lezen aankomt, heb ik last van een attention deficit disorder. Er is altijd weer een ander urgenter boek dat aan mijn mouw trekt. Dit jaar heb ik wel een héle klassieker gelezen: Middlemarch. Als je nog maar één boek in je leven zou mogen lezen, kies dan maar Middlemarch. Plezier én wijsheid bij hopen. 

Humor en luchtigheid

Dit jaar las ik meer voor het plezier dan voor de wijsheid. Doordat het zo’n lang, donker, eenzaam en pandemisch jaar was, had ik veel behoefte aan humor en luchtigheid. Ik heb al jaren geleden beslist om niet meer naar drama te kijken op televisie. Ik hou het op sitcoms (Friends, Big Bang, How I met your mother, Brooklyn 9-9, Superstore …), luchtige series en stand-up-comedians (Daniel Sloss! Hannah Gadsby!). Er is immers al drama genoeg in het echte leven. Met literatuur ligt dat wel moeilijk. Grappige boeken die ook nog eens goed geschreven zijn, ik vind ze niet zo gemakkelijk. (Tips zijn welkom!) Dat is wat Middlemarch zo goed maakt: het is doodernstig, en zelfs vrij zwaar om te lezen, zelfs voor een getrainde lezer, maar tegelijk is het ont-zet-tend grappig. 

Mensen doen lachen is een talent dat pakweg onze millennial-hype Sally Rooney absoluut niet bezit. Normal people heb ik zeer graag gelezen, maar haar nieuwste worp Beautiful World, Where Are You heb ik na 18% ergernis aan de kant geschoven. (Op mijn Kobo lees ik percenten en geen pagina’s.) Ik voelde werkelijk niets bij de personages. De nieuwe Sally Rooney is de corona van literatuur. Net als je bij corona je smaak en geur verliest, verlies je bij dit boek je vermogen om je in te leven. Ook Jaag je ploeg over de botten van de doden, The Shadow King, Shuggie Bain en Radetskymars heb ik uiteindelijk niet uitgelezen. Ik wil lachen, niet nog meer de dieperik ingeduwd worden door fictieve miserie. Weer een andere millennial heeft me wel ettelijke malen doen schaterlachen: Tobi Lakmaker met De geschiedenis van mijn seksualiteit. Schitterend boek! Maar humor is geen voorwaarde: ik werd immers wel diep geraakt en ontroerd door Rupi Kaurs ontzettend mooie Home Body, dat een vrij alomvattend en beslist geen vrolijk verhaal vertelt over wat het betekent om vrouw te zijn vandaag, in korte gedachten en tekeningen. 

Door mijn zoektocht naar luchtigheid heb ik dit jaar ook enkele boeken gelezen die ik – literatuursnob die ik ben – normaal aan me zou hebben laten voorbijgaan, maar net die boeken hebben me wel wat leesplezier gebracht: The Rosie Project (Sheldon in boekvorm), Een man die Ove heet (ontroerend én grappig), De zelfmoordclub (dubieus onderwerp, maar wel grappig), The Cactus (ik wacht op de verfilming met Reese Witherspoon in de hoofdrol) en mijn zomerboek dat ik aan iedereen zou aanraden die eens lekker wil bingelezen zonder door te hebben dat je nog aan het lezen bent: De kleine bakkerij aan het strand. Heads-up voor de literaire lezers: dat is geenszins literatuur, not even close, maar het heeft me zoveel plezier gebracht dit jaar en is daarom zeker een vermelding waard. 

Harry Potter

Dit jaar was ook een behoorlijk intens voorleesjaar. Vorig jaar heb ik mijn kinderen de eerste Harry Potter voor kerst gegeven. Vorige week zijn we in boek 7 gestart. Het is nogal een journey, een boekenreeks van in totaal zo’n 3400 bladzijden voorlezen, aan kinderen die de helft van de tijd in een ander huis wonen. Voorlezen gaat zeer traag als je gewend bent om je ogen over de bladzijden te laten flitsen en hele zinnen in één keer in je op te nemen. Harry Potter zit ook vol tongbrekers. Toen JK Rowling de naam Hagrid bedacht, had ze zeker nog nooit een West-Vlaming ontmoet! Mijn dochter van acht is nogal een slavendrijver. Zelfs als ik na 40 blz. een pijnlijk droge keel heb, vindt ze het nog niet genoeg geweest en gaat ze spontaan een glas water voor me halen, opdat ik toch maar verder zou voorlezen. Mijn zoon van zes daarentegen vindt Harry Potter saai, laat niet na dat ook de hele tijd te zeggen terwijl ik aan het voorlezen ben, en wil sinds hij in het eerste leerjaar zit ook zelf mee voorlezen, waardoor er de hele tijd ruis is. Vermoeiend allemaal! Maar ook heel leuk en spannend. Zeker van die laatste twee boeken ben ik zelf erg aan het meegenieten. Potterhead tot in de kist. 

Ook heb ik al jaren de gewoonte om mijn kinderen bij bedtijd voor te lezen uit om het even wat ik zelf op dat moment aan het lezen ben. Heel af en toe komt daar een klein beetje censuur aan te pas, maar dat is eigenlijk zelden nodig. Dit jaar had ik wel een primeur. Toen ik voorlas uit De passie volgens G.H. zei mijn dochter voor het eerst in acht jaar tijd (!): stop maar met voorlezen, mama, dit is echt te saai. Ik kon haar daar alleen maar in volgen. Ik heb het boek (tegen mijn principes) uitgelezen, maar enkel omdat we het gingen bespreken met mijn leesclub. Ik heb me er kapot aan geërgerd. Uit wraak voor de verloren tijd heb ik het maar één ster gegevens op Goodreads en een hele slechte review geschreven, waarover ik me dan wel weer schuldig voelde, omdat ik de eerste Nederlandstalige lezer was die dit boek reviewde op GR en dan krijgt zo’n review meteen te veel gewicht. Harrie Lemmens, de vertaler van dit boek en tevens dé Pessoa-vertaler verdient eigenlijk beter. Maar soms kan ik er zo van genieten om een boek neer te halen dat alleen dat al het de moeite waard maakte dat ik het las.

Reviews

Reviews schrijven doe ik sowieso wel graag: nadenken over wat ik precies van een boek vond en dacht, en daar dan woorden aan geven, dat zou ik mijn flow of ikigai noemen als ik niet allerlei kritische bedenkingen bij die concepten had. De linkjes hierboven leiden telkens naar mijn review van een bepaald boek. Mijn laatste review van dit jaar was voor Jonathan Franzens Crossroads. Heb ik mijn leesjaar toch nog afgesloten met an American white dude zeg …

Van witte mannen en boeken van vrouwen om niet aan voorbij te gaan – Mijn leesjaar 2020

Dit jaar heb ik 54 boeken (uit)gelezen, ondanks enkele langere leesdips. Daar zat heel wat schoons bij. Enkele hypes heb ik schaamteloos aan me laten voorbijgaan, omdat ik beslist heb om nog zo weinig mogelijk witte mannen te lezen. Ik let daarop, om de simpele reden dat je, als je er niet op let, alléén maar witte mannen leest. Heus waar. Je kan niet alles lezen, en als ik dan kan kiezen, lees ik liever een meesterwerk van een mij tot nog toe onbekende schrijfster dan van bepaalde gevestigde waarden die 20 jaar geleden al op mijn leeslijsten op school stonden. Ik heb overigens, vóór ik hier aandacht voor had, genoeg witte mannen gelezen voor een heel leven.

Girl, Woman, Other – Bernardine Evaristo *****

Zo kwam het dat ik tijd had om Girl, Woman, Other van Bernadine Evaristo te ontdekken, voor mij het Absoluut Allerbeste Boek dat ik dit jaar las. Volgens mij een klassieker in wording. Een heel belangrijk boek. Ik schreef een review van dit boek op Antwerpenleest, nu ik ook stadslezer ben.

Badass woman ook, die Bernadine. Ze heeft Martin Amis, wiens Time’s Arrow ik nog altijd tot mijn lievelingsboeken reken, condescending genoemd, omdat hij vond dat haar boek een prijs won uit politieke en niet uit literaire overwegingen. Als je meer wil weten over het relletje, Google it. Ik ben het eens met Evaristo en beslist niet met Amis. Dit boek is echt Literatuur, neem het maar aan van een kenner.

The Appointment – Katharina Volckmer *****

Dit boekje kwam op mijn radar door mijn favoriete FB-groep Iedereen Leest. Ik beluisterde het op Storytel, maar zal het nog eens moeten herlezen met het potlood erbij. Cynisch, grappig, wreed, choquerend, intelligent, schaamteloos, compromisloos. Hoeveel briljante gedachten kan je in een novelle van een slordige 100 blz. proppen? Ontzettend vaak hardop gelachen met dingen die ik zelf in geen 1000 jaar zou durven uitspreken, laat staan opschrijven. Heerlijk schandaalboek.

Varkensribben – Amarylis De Gryse ****

Een speciale vermelding voor het debuut van mijn oude vriendin Amarylis, waarover ik hier al schreef. Ik ben nu al benieuwd naar haar volgende boek!

Middlemarch – George Eliot (Mary Anne Evans) – nog niet uitgelezen 

Het fijne aan mijn leestempo van dit jaar is dat ik tijd had om zowel mee te zijn met wat dit jaar verscheen als om enkele klassiekers te (her)lezen. Vreemd genoeg kan eens aan een ambitieuze klassieker beginnen me soms uit een dramatische leesdip sleuren. Dit jaar had ik dat bijvoorbeeld met Middlemarch, dat ik nog lang niet uit heb en dat me dus nog vele uren plezier zal bezorgen in 2021. Ik beluister het boek op Storytel, voorgelezen door Juliette Stevenson, die stemmetjes doet zonder dat het ooit grotesk wordt. Hoe ze die vervelende Casaubon laat praten: geniaal gewoon. Ik begrijp helemaal waarom Virginia Woolf dit één van de enige boeken geschreven voor volwassenen noemde en kijk ook erg uit naar de aflevering van Boeken FM die eraan gewijd zou worden. 

De opwindvogelkronieken – Haruki Murakami ****

De opwindvogelkronieken is gedurende 1,5 jaar zo’n beetje mijn ‘safe place’ geweest, mijn favoriete (en minst destructieve) vorm van escapisme. Even vluchten naar die vreemde wereld van vermiste katten en opgedroogde waterputten gaf me altijd weer een beetje adem om met het echte leven om te kunnen. Zelfs wanneer ik er soms een maand niet in gelezen had, zat ik meteen weer in het verhaal als ik het opnieuw oppakte.  

Jane Eyre – Charlotte Bronte *****

Ik herlas ook Jane Eyre, ongeveer een half leven nadat ik het de eerste keer las. De eerste keer was ik de leeftijd van Jane, inmiddels ben ik even oud als de ‘oude man’ Rochester. Dat zorgt ervoor dat ik heel anders naar dit verhaal kijk als toen, maar het blijft absoluut één van mijn lievelingsboeken. Een iets uitgebreidere review schreef ik hier. Aan het schrijven van die review heb ik zelf veel plezier beleefd en dat is eraan te merken.

De meeste mensen deugen – Rutger Bregman *****

Ik heb dit jaar ook best boeiende non-fictie gelezen. Dit boek van Rutger Bregman was een terechte hype begin dit jaar. Ik heb het heel graag gelezen, want het bevestigde mijn mensbeeld. Joepie, ik ben niet naïef. De meeste mensen deugen echt.

Why we can’t sleep – Ada Calhoun ****

Dit boek maakte me erg opstandig, zoals je hier kan herlezen. Opnieuw een review die ik héél graag geschreven heb.

Notes to self  – Emilie Pine ****

Dit boekje zit in de categorie ‘boeken waarvan ik wilde dat ze al bestonden toen ik 14 was’, en ‘boeken die ik al in gedachten hou voor wanneer mijn dochter oud genoeg is’. Mijn dochter, die nu zelf ook leest, overigens. Zien lezen, doet lezen, zeggen ze. Dit beeld is letterlijk hoe ik me het moederschap gedroomd heb voor ik kinderen had:

Hamnet – Maggie O’Farrell – nog niet uitgelezen

Momenteel lees ik een boek dat in heel veel eindejaarslijstjes opduikt en ook bij mij kans maakt om het laatste vijfsterrenboek van dit jaar te worden. Ik zit bijna in de helft en voel nu al dat er traantjes gaan vloeien.

Ik heb natuurlijk nog veel meer goeie dingen gelezen dan wat ik hierboven heb opgesomd. Ik schrijf het hele jaar door reviews op Goodreads en nu en dan ook op Antwerpen Leest. Als je inspiratie zoekt, kan je me daar dus volgen. 

2020 was een goed leesjaar, zoveel is zeker. Naast de mooie momenten met mijn knuffelcontact en de talrijke wandelbabbels met vriendinnen zal ik me van 2020 toch vooral die heerlijke leesuren, in de tuin, in de zetel, in bed, in bad, … herinneren en dat mijn kinderen me soms mijn Kobo komen brengen als ze zien dat ik gewoon ergens zit zónder te lezen.

Op naar een even goed leesjaar 2021 …

Over leesdipjes en Varkensribben

Over leesdipjes

Ik heb dit jaar al 49 boeken uitgelezen. Ik zou het aan de lockdown kunnen danken, maar daar heeft het eigenlijk weinig mee te maken. Nadat ik de eerste maanden van het jaar in een uitstekende leesflow zat, kreeg ik bij het begin van de lockdown net mijn eerste leesdipje. Plots waren alle boeken die nog op mijn to read stonden irrelevant geworden, want wat konden schrijvers tót maart 2020 nu voor zinvols vertellen over de wereld vanáf maart 2020. Het dipje duurde gelukkig niet lang, en natuurlijk blijft alles wat vooraf geschreven is even zinvol. En dan heb ik niet eens alleen over De pest van Camus, het boek dat een ware revival kende voorjaar 2020. 

Die leesdipjes overvallen me om de zoveel maanden en intussen heb ik genoeg levens- en leeservaring om te weten dat ze ook altijd weer voorbijgaan. Er is altijd weer een boek dat me eraan herinnert waarom ik lees. Ik zit momenteel trouwens weer in een dipje. Ik geraak niet door ‘Jaag je ploeg over de botten van de doden’, al vind ik het mooi (maar die astrologie …). Ik geraak niet vlot door ‘The silence of the girls’, al vind ik de premisse goed en stelt de uitwerking geenszins teleur. Ik geraak moeilijk door ‘Mannen die deugen’ van Ivan Jablonka, al is het heel interessant. Ik begon de afgelopen dagen al met ‘Ask again, yes’ en ‘Blue nights’ en ‘Stille sneeuwval’, stuk voor stuk boeken waarvan ik zeker ben dat ik ze goed zal vinden. Ik ben op zoek naar een exemplaar van ‘Geheel de uwe’ van Connie Palmen (iemand?) dat niet meer verkrijgbaar is bij de reguliere boekhandel, en voor mijn nieuwe leesclub moet ik ‘Radetskymars’ beginnen lezen. Nu ik dat zo allemaal opschrijf, besef ik dat het vooral een gebrek aan focus is dat me parten speelt. Mijn springerige, rusteloze brein laat zich weer eens niet vastpinnen op één boek, waardoor ik helaas géén boek lees.

… en Varkensribben

Maar er is één boek dat ik vorig weekend, middenin die leesdip, op een halve dag uitlas. Mijn 49ste boek van 2020. Dat is een heel bijzonder boek. Het is een boek dat ik al wilde lezen toen de auteur en ik elk jaar op 1 september vriendschapsijsjes gingen smullen in Da Vinci, briefjes naar elkaar stuurden via de binnenpost op kamp en giechelden over gele broeken. Mijn lieve, oude vriendin Amarylis De Gryse heeft een boek geschreven! Varkensribben is een veelbelovend debuut over het ‘weg eten’ van emoties, afwezige vaders en de besparingslogica in de zorgsector. 

Ik moest al lachen vanaf de eerste zin (“Zo gaat het leven: je wordt het huis uit gegooid net wanneer je de was zou moeten doen.”) en werd ondergedompeld in een melancholisch sfeertje vanaf de tweede. Zoals ik had verwacht, heeft dit boek de typische tristesse van een Vlaamse roman. Dat is niet slecht, integendeel. Het is tegelijk ook een heel universeel verhaal. Het portret dat Amarylis van de zorgsector schetst is ongemeen hard, maar – helaas – ook realistisch.

Doordat ik het veel te snel uitlas, bleven sommige beelden ‘s nachts door mijn hoofd spoken. Maar wat een beelden! En ook: geuren en smaken. Ik hoorde het sissen van de boter en het ‘applaudiseren’ van de uien. Ik rook de gesmolten boter en het gebraden vlees. Ik waste samen met het hoofdpersonage het rauwe gehakt van tussen mijn vingers. Sommige beelden kwamen heel erg binnen, zoals de wegdrijvende chocolade en wat het hoofdpersonage daar dan bij denkt.

Op het einde bleef ik wat op mijn honger zitten (spoiler alert: je krijgt écht honger van dit boek). Ik had Marieke graag nog wat beter leren kennen. Ik had haar de ‘Vlaamsigheid’ graag zien ontgroeien. Maar dat betekent alleen maar dat ik graag nog veel meer van Amarylis wil lezen. 

Het is misschien niet echt mijn plek om trots te zijn op Amarylis, maar ik ben het toch! En als haar oude leidster mag het misschien ook wel een beetje. Ik ben zo blij dat zij heeft waargemaakt waar we samen van droomden toen we giecheltrutjes waren. Ze is een échte schrijfster geworden, en nog een goede ook.

#sometimesnotreading – Over chaotisch leesgedrag en Goodreads-statistieken

Eén van de dingen waar ik me soms druk in kan/kon maken, is dat ik bijlange niet zoveel boeken uitlees als andere moeders-van-twee/bloggers/hardwerkende mensen die ik ken van Goodreads dan wel van het echte leven. Ik heb dat, met enige moeite, losgelaten.

Ik lees overdag vaak zo’n 100 blz., waardoor ik ’s avonds gewoon niet altijd goesting heb om nog te lezen (tegelijk is het een beetje een nachtmerrie om vast te stellen dat mijn job ten koste van mijn hobby gaat, want de boeken die ik op het werk lees zijn not exactly het soort boeken dat ik in mijn vrije tijd zou lezen) en ik lees ook ontzettend vaak boeken niet uit, waardoor ze niet in mijn Goodreads-stats verschijnen. Een boek toch maar uitlezen puur en alleen om mijn Goodreads-stats te pimpen wil ik dan ook weer niet doen.

Let op, als ik een boek niet uitlees, zegt dat niets over de kwaliteit van dat boek. De verliefden van Javier Marias was eerder dit jaar goed op weg om tussen mijn favorieten aller tijden te verschijnen, maar niettemin ben ik (voorlopig) op 50 blz. van het einde gestrand (wat eigenlijk echt wel een belachelijke plek is om met om het even welk boek te stoppen). Hetzelfde geldt voor De opwindvogelkronieken van Murakami. Een meesterwerk. (Nog) niet uitgelezen. Ook in dat lijstje: De toverberg, Anna Karenina, De broers Karamazov, Reis naar het einde van de nacht. Je ziet, ik ken mijn klassiekers. Of toch zeker de eerste 300 pagina’s ervan.

Bij andere boeken gebeurt het dan wel eens dat ik er op één avond 150 blz. doorjaag om de volgende dag goesting te hebben in totaal iets anders. En bij non-fictie denk ik vaak na een half boek: ja, ik heb het nu wel begrepen, get on with it.

Ik ben dus een beetje een chaotische lezer en hoe geweldig ik het ook vind om mijn hele leesgeschiedenis op Goodreads te kunnen bewaren, ik heb vaak de indruk dat die app vooral gemaakt is voor mensen die netjes al hun boeken van het begin tot het einde lezen alvorens ze aan iets nieuws beginnen.

Niettemin ben ik – ondanks het socialmediapeerpressuresausje dat erover ligt – wel echt fan van Goodreads. Ik krijg voortdurend nieuwe tips van mensen met dezelfde smaak en kom vaak ook boeken op het spoor die anders totaal niet op mijn radar zouden zitten. Goodreads zorgt er steeds weer voor dat #sometimesnotreading niet omslaat in #notreadingformonthsandmonths, omdat er altijd wel weer een boek opduikt waar ik op dat moment van mijn leven zin in of nood aan heb.

En ik vind het ook heel fijn om in mijn eigen leesgeschiedenis terug te bladeren. Enkele jaren geleden vroeg een vriendin me bijvoorbeeld of ik niet heel erg aan mijn moeder moest denken toen ik Me before you las, en ik dacht, tiens, nee, totaal niet eigenlijk, hoe kan dat. Ik ben het dan gaan opzoeken, en blijkbaar las ik dat boek twee maand voor mijn moeder een beroerte kreeg en haar lichaam voor de helft en haar geest voor een zesde werden uitgeschakeld. Nooit had ik de link gelegd van Will Traynor naar mijn moeder. (Tot ik de film zag enkele jaren later, that is.).

Ik zou het wel handig vinden, gewoon om voor mezelf het overzicht te bewaren, mocht Goodreads een chaotische-lezer-modus hebben. Een plek waar ik kan bijhouden in welk boek ik begonnen ben en tot waar ik las, zonder dat het tot in de eeuwigheid in mijn ‘currently reading’ blijft staan. En zonder dat ik het in een aparte excel moet gaan bijhouden, want ook daarvoor ben ik – ken jezelf – véél te chaotisch. Ik heb een hele tijd geleden al eens een ‘Abandoned’ shelf aangemaakt voor boeken die ik aan de kant heb gelegd zonder de intentie om ze ooit opnieuw vast te nemen, maar ik vind het wat oneerbiedig om daar de toverbergen van deze wereld in onder te brengen. Ik heb me deze week dus ook een Partially Read Shelf aangemaakt. Misschien lukt het me zo om het overzicht te bewaren.

Nu vraag ik me af: zijn er nog rommelige lezers onder jullie? En hoe bewaren jullie het overzicht?

 

Zo ziet mijn Partially Read Shelf eruit, voorlopig vooral met boeken waarin ik de afgelopen maanden nog heb gelezen. Work in progress.

 

Schrijfster. Zwart op wit.

Als je mij vroeger vroeg wat ik later wilde worden, zei ik steevast: schrijfster. Ik legde de lat niet laag voor mezelf: ik zou mezelf pas schrijfster noemen als ik even goed was als Roald Dahl of Annie MG Schmidt. Het probleem daarmee was natuurlijk dat ik heel lang niets durfde te schrijven. Toen ging ik naar de academie en daar leerde ik dat je om jezelf schrijver te noemen, vooral moet … schrijven. Schrijven, schrijven, schrijven, en nog eens, je raadt het al, schrijven. Gelezen worden, dat komt later wel. Graag gelezen worden: misschien. Door iedereen graag gelezen worden: een illusie. Maar dat maakt ook niets uit. Het gaat er dus om dat je: SCHRIJFT.

Dat hebben ze bij Creatief Schrijven goed begrepen. Het is geloof ik zelfs zo’n beetje hun business model. Daarom hebben ze nu ook een boek gemaakt met schrijfopdrachten voor mensen die net als ik schrijver/schrijfster willen worden, maar niet goed weten waar te beginnen. Maar bovenal is het boek een bloemlezing van teksten van aspirant-schrijvers die Vitalski selecteerde op het platform Azertyfactor dat vijf jaar bestaat.

Eén van de verhalen die Vitalski koos, is mijn Flitsverhaal Opruimen, dat eerder ook al door David Troch tot tip van de week werd bekroond. Mijn verhaal staat nu met andere woorden zwart op wit gedrukt, op papier, in een heus boek, zo één waar je dus door kan bladeren en aan kan ruiken.

Ook mijn blogbuurvrouw Rafelkath staat overigens in het boek, met een erg grappig verhaal.

Zondag wordt het boek voorgesteld op de boekenbeurs. Ik ben daar erg benieuwd naar (uiteraard!). Bovenal is dit boek met schrijfopdrachten voor mij alvast een broodnodige trap onder mijn kont om weer meer te – allemaal in koor – schrijven!

Bij de dood van Philip Roth

He had learned the worst lesson that life can teach – that it makes no sense. And when that happens the happiness is never spontaneous again. It is artificial and, even then, bought at the price of an obstinate estrangement from oneself and one’s history.

(Philip Roth, American Pastoral)

Ik heb nu al zoveel boeken gelezen, en je zou verwachten dat ik inmiddels iets van het leven begrijp, maar de waarheid is dat ik er integendeel steeds minder van begrijp, want elke keer dat ik iets scherp krijg, gaat al de rest weer uit focus. Maar daar dienen die boeken natuurlijk voor, om nu eens dit en dan weer dat scherp te krijgen, zodat je even in de illusie kan vertoeven dat je er iets meer van begrijpt, om vlak daarna weer tot het besef te komen dat je er nu nóg minder van begrijpt.

Wie beter dan wie ook begreep, dat er niets te begrijpen valt, was Philip Roth. Nu is hij dood. Hij was 85 en schreef al jaren niet meer, en hoewel het tegen mijn principes is om te rouwen om iemand die ik niet persoonlijk kende, ben ik er de hele dag klote melancholisch over geweest. Ik niet alleen trouwens. He was all over my Facebook. Dat zowat alle Gentse germanisten Philip Roth lazen op ’t unief en sindsdien elk jaar een beetje kwaad werden dat hij wéér de Nobelprijs niet won, is daar niet vreemd aan. Onze eeuwige gedoodverfde Nobelprijswinnaar. Als het Nobelprijscomité nog niet in diepe crisis was, ze zouden het nu moeten zijn.

Eerst dacht ik nog: kan ik hem wel tot mijn lievelingsschrijvers rekenen als ik maar twee boeken van hem las? Maar toen ging ik naar mijn zolder en vond ik er acht boeken terug waarin ik ooit met potlood of vulpen enthousiast heb zitten onderlijnen en noteren. Het is niet dat ik vergat dat ik die andere boeken las, het is gewoon dat die eerste twee zo’n immense impact op me hebben gehad dat ik Roth altijd reduceer tot American Pastoral en The Counterlife. De postmoderne trucjes van The Counterlife waren een totale revelatie voor mij toen ik dat boek voor het eerst las. En door American Pastoral heb ik geleerd dat een boek zo in je hoofd kan kruipen dat je er zelfs vijftien jaar later nog steeds aan moet denken elke keer dat je handschoenen aandoet. Een schrijver die in staat is om je blik op zoiets futiels en alledaags zo fundamenteel te veranderen, moet wel een groot schrijver zijn. En dat was hij ook. Vandaag herlas ik zijn boeken aan de hand van de quotes die ik er destijds in onderlijnd heb. Hij heeft alles verteld wat er te vertellen valt over mensen. Alles. Over eenzaamheid, over passie en over hoe het leven totaal geen steek houdt. Hij leerde me zoveel. Als je hem nog niet las, doe het dan nu. Nu zijn boeken nog warm zijn. Zelf moet ik dan misschien maar eens eindelijk Portnoy’s Complaint lezen, het boek dat al sinds de eeuwigheid in mijn shortlist van dringend te lezen boeken staat.

Yes, alone we are, deeply alone, and always, in store for us, a layer of loneliness even deeper. There is nothing we can do to dispose of that. No, loneliness shouldn’t surprise us, as astonishing to experience as it may be. You can try yourself inside out, but all you are then is inside out and lonely instead of inside in and lonely. My stupid, stupid Merry dear, stupider even that your stupid father, not even blowing up buildings helps. It’s lonely if there are buildings and it’s lonely if there are no buildings. There is no protest to be lodged against loneliness⎯not all the bombing campaigns in history have made a dent in it. The most lethal of manmade explosives can’t touch it. Stand in awe not of Communism, my idiot child, but of ordinary, everyday loneliness.

(Philip Roth, American Pastoral)

Klein geluk #7 – Max, Mischa & het tet-offensief

“Mens zijn is een fulltime baan, Max.”
(Max, Mischa en het tet-offensief)

Het is zaterdag, twee uur. Zoon slaapt in het grote bed. Dochter speelt in haar kamer met een vriendinnetje. Ze zijn inmiddels op een leeftijd gekomen dat het gemakkelijker is wanneer er iemand komt spelen, dan dat ik de hele dag dingen moet verzinnen om hen bezig te houden. Ik zit in de zetel, lees ‘Max, Mischa en het tet-offensief’ en luister naar de bijbehorende soundtrack op Spotify. Buiten vallen dikke regendruppels op het terras dat, hoewel het al januari is, nog steeds bedolven is onder herfstbladeren. Andere volwassenen hadden dat vast al opgeruimd, bedenk ik me, wanneer ik van mijn boek opkijk en naar buiten staar. Maar het is zo mooi: die bruine bladeren op ons terras en in het groene gras, de regen en de droevige gloed die over de tuin hangt … De muziek die door de boxen klinkt, raakt me, past bij het boek en de regen. Het zijn Charles Mingus en Cannonball Adderley. Mooi, zo mooi. Dit boek gaat over alles, en het gaat diep. Ik geniet. Eigenlijk zou ik moeten: de was ophangen, de was plooien, de tafel afruimen, de boodschappen in de kasten leggen, opzoeken welke droogkast we gaan kopen en waar, het speelgoed opruimen … Maar eigenlijk moet ik ook niets. Ik moet niet meer naar buiten vandaag en alles wat ik zou moeten, kan ook wachten tot morgen. Het is zaterdag. Zoon slaapt. Dochter speelt. Ik lees. En dat mag.

Jeugdboekenmaand M/Prinses/X

Na mijn eerste werkdag in de vrouwenbeweging kwam ik thuis en vertelde mijn dochter van vier me dat ze op school over ridders en prinsessen had geleerd. ‘Wat heb je dan geleerd,’ vroeg ik. Zij: ‘dat ridders prinsessen redden.’ Ik heb haar verteld dat prinsessen geen ridders nodig hebben om hen te redden, en dat ook meisjes ridders kunnen zijn en ook jongens prinsessen. ‘Dat weet jij niet mama, want je zit niet in mijn klas.’ Dat was twee dagen vóór Internationale Vrouwendag en pal in Jeugdboekenmaand met als thema M/V/X. Op hetzelfde moment ging dit filmpje viraal.

Ik lees enthousiast voor over brandweermannen en -vrouwen en over piloten, en als ik vervolgens vraag wat zij later wil worden, zegt ze overtuigd: ‘prinses’. Voor mij geen probleem. Dat groeit er wel uit. Maar erger vind ik het om te horen dat in haar klas álle meisjes prinsessen zijn en álle jongens ridders, want zo is dat nu eenmaal, mama. Het breekt mijn feministisch hart om te moeten horen dat meisjes van vier al denken dat ze alleen prinses kunnen worden later, omdat er geen andere rolmodellen zijn voor kleine meisjes.

Op Vrouwendag moest ik gaan voorlezen in dat klasje vierjarigen. Nu had ik hoegenaamd geen goesting om rolbevestigende boekjes voor te lezen. Dus ben ik dinsdagavond nog in allerijl naar de bib gefietst om enkele boekjes te gaan halen die me werden aangeraden na een wanhopige oproep op Facebook alsook door Femma en Jeugdboekenmaand.

En zo was mijn eigen kleine actie voor Vrouwendag: vierjarigen vertellen over bange ridders, over prinsessen die met prinsessen trouwen en over honden die ondanks alle vooroordelen uitstekende balletdanseressen kunnen zijn.

Dit zijn onze toppers van deze jeugdboekenmaand:

Prinses Nina

Over een prinses die niet met een prins wil trouwen, maar met een prinses.

Over een hond die denkt dat hij een balletdanseres is.

Prins Assepoets

Over Assepoester maar dan anders. Van dezelfde auteur lazen we ook Prinses Wijsneus, over een prinses die onder geen beding wil trouwen met een prins.

Naar dit boekje ben ik erg benieuwd, maar ik heb het helaas nog niet te pakken gekregen

En ik kan vooral niet wachten tot ze groot genoeg zijn om kennis te maken met mijn absolute heldin van mijn jeugd.

Afbeeldingsresultaat voor matilda boek

Uitgelezen in 2016

boeken-2016

Mijn goodreads challenge heb ik dit jaar niet gehaald. Ik ben not even close: ik strandde op 24 van de 30 boeken. Maar ik heb dit jaar wel some pretty damn good books achter de kiezen, dat is veel belangrijker. Handig ook, want één van de challenges die ik mezelf had opgelegd was meer echt goede boeken lezen.

Daar ben ik met glans in geslaagd. Ik heb dit jaar steengoede boeken gelezen. Met stip op één – ik beweer niet dat het een originele keuze is – staat ‘A little life’ van Hanya Yanagihara. Ik heb bij dat boek harder moeten huilen dan op de begrafenis van mijn moeder, en dat is niet eens overdreven. Tranen met tuiten. M. rookte nog toen ik het aan het lezen was. Ik herinner me dat hij binnenkwam na zijn sigaretje en schrok toen hij mij hysterisch zag huilen. Hij was opgelucht toen het ‘maar een boek’ bleek te zijn. ‘Maar een boek’? Hij heeft het duidelijk niet gelezen. Na ‘A little life’ zat ik wel in een lange leesdip, waardoor ik in de tweede helft van het jaar vooral nog Harry Potter heb herlezen. Maar ook die boeken zijn steengoed, dus mij hoor je niet klagen.

In het begin van het jaar las ik enkele ‘rouwboeken’. ‘The long goodbye‘ van Meghan O’Rourke en ‘Levels of life‘ van Julian Barnes waren het juiste boek op het juiste moment. Ik heb aan beide boeken ontzettend veel troost gehad op een moment dat ik in mijn diepste rouw was. Twee citaatjes die me zijn bijgebleven:

“In the months that followed my mother’s death, I managed to look like a normal person. I walked the street; I answered my phone; I brushed my teeth; most of the time. But I was not OK. I was in grief. Nothing seemed important. Daily tasks were exhausting. Dishes piled in the sink, knives crusted with strawberry jam. At one point I did not wash my hair for ten days. I felt that I had abruptly arrived at a terrible, insistent truth about the impermanence of everyday.”
― Meghan O’Rourke, The Long Goodbye

“Early in life, the world divides crudely into those who have had sex and those who haven’t. Later, into those who have known love, and those who haven’t. Later still – at least, if we are lucky (or, on the other hand, unlucky) – it divides into those who have endured grief, and those who haven’t. These divisions are absolute; they are tropics we cross.”
― Julian Barnes, Levels of Life

(Bovenstaande quote verraadt wel keihard dat Barnes geen kinderen heeft, want naar mijn aanvoelen ontbreekt er een zeer belangrijke ‘tropic’ in zijn lijstje.)

Toen duidelijk werd dat ik mijn challenge niet zou halen, kreeg ik de theatertekst van De Wattman (Erik Vlaminck) cadeau van M. Ik las het uit op een uurtje, op een zondagmorgen terwijl mijn kinderen aan het spelen waren. Meteen erna heb ik tickets geboekt voor de voorstelling. Prachtig stuk! Als je nog de kans krijgt om te gaan kijken, zeker doen.

Ik had mezelf opgelegd om minstens de helft non-fictie te lezen. Dat zijn er uiteindelijk maar 6 van de 24 geworden, waaronder 3 rouwboeken.

Over Revue Lanoye schreef ik eerder. Als ik op een dag maar half zo goed kan schrijven als Lanoye zal ik een tevreden vrouw zijn.

In mijn ambitie om minstens de helft vrouwen te lezen ben ik met glans geslaagd. 17 van mijn 24 boeken werden door vrouwen geschreven. Toegegeven, 7 van mijn 24 boeken werden door J.K. Rowling geschreven, maar ze is een vrouw, dus dat telt.

Mijn leesvoornemens voor 2017:
– weer steengoeie boeken lezen
– alles van Chimamanda Ngozi Adichie lezen
– meer opschrijven over de boeken die ik lees

Uitgelezen in 2015

Ik loop al enkele jaren met het idee om jaarlijks iets te schrijven over de boeken die ik dat jaar gelezen heb. Ik doe het telkens niet, omdat ik nooit goed weet wat ik erover moet vertellen. En omdat ik elk jaar diep beschaamd ben, omdat ik máár 14, 18 of 20 boeken heb uitgelezen. Dat voor iemand die zich als kind meest met Matilda identificeerde.

Balans van het leesjaar 2015

Ook dit jaar weer heb ik veel te weinig gelezen. Maar (daar is het jaarlijkse gemaar weer) ik had ook nogal veel aan mijn hoofd. Gelukkig had ik een baby ingecalculeerd. Daarom had ik mezelf (opnieuw) een zeer haalbare challenge opgelegd. Die challenge heb ik zopas gehaald. Misschien lees ik nog wel één of twee boeken dit jaar, maar ik maak toch al een balans op van mijn leesjaar.

Deze boeken heb ik dit jaar achter de kiezen.

goodreads 2015

Het goede nieuws: ik heb geen enkel slecht boek gelezen dit jaar. (Ik had er ook geen geduld voor gehad en zou het niet hebben uitgelezen.)

Het slechte nieuws: ik heb maar één écht goed boek gelezen dit jaar. Maar één boek waar ik kapot van was. Maar één boek dat mijn adem afsneed. Maar één boek dat me gedesoriënteerd achterliet toen ik het dichtklapte. Die pluim mag Julian Barnes op zijn hoed steken. Ik las The sense of an Ending bij een koffie in bar Maurice en toen ik het dichtsloeg en opkeek, wist ik even niet meer hoe ik daar gekomen was.

Drie uitdagingen

Ik had me bij het begin van dit jaar de volgende uitdagingen gesteld:

1. minstens de helft vrouwen lezen.
Dat is ternauwernood gelukt, maar hoewel ik er moeite voor doe, blijkt het niet evident te zijn. Onze literatuurgeschiedenis wordt gedomineerd door mannen. Literaire bijlagen van kranten bijgevolg ook.

2. meer écht goede boeken lezen.
Dat is helaas voor het derde jaar op rij mislukt. Het nadeel aan (op de laatste jaren na dan) veel te lezen is dat het steeds moeilijker wordt om romans te vinden die echt indruk maken. Of je moet alleen nog klassiekers lezen, maar dat is lastig in combinatie met uitdaging 1.

3. minstens één derde non-fictie lezen.
Omdat het steeds moeilijker wordt om indruk op mij te maken met verhalen, ben ik dit jaar gestart met nu en dan non-fictie te lezen. Dat bevalt me best en wil ik vaker doen.

2016 wordt een beter leesjaar

Om te beginnen ga ik mezelf voor 2016 minstens 30 boeken opleggen. Omdat ik merk dat een beetje uitdaging wel werkt, én omdat de lijst to-read inmiddels zo verschrikkelijk lang is dat ik dringend een tandje moet bijsteken, wil ik voor mijn zestigste alle boeken ter wereld gelezen hebben

Opnieuw stel ik mezelf tot doel om minstens de helft vrouwen te lezen.

Maar de allerbelangrijkste voor 2016: ik wil minstens 5 steengoede boeken lezen. 5 boeken die mijn adem afsnijden. 5 boeken die me desoriënteren. Dat moet toch lukken?

Al lijkt dat gemakkelijker dan het is. Wanneer ik mijn boeken van 2013 en 2014 naast elkaar leg, kom ik immers ook maar aan een handvol goede boeken.

Dit zijn de boeken van 2013.

goodreads 2013

Het jaar dat ik mijn eerste kind kreeg. Lezen was geen prioriteit.

In 2013 verdienden alleen De Buddenbrooks van Thomas Mann en De schaduw van de wind van Carlos Ruiz Zafon de volle vijf sterren.

Dit zijn de boeken van 2014.

goodreads 2014

Het jaar dat ik Karl Ove Knausgard ontdekte. Oneerlijke concurrentie voor alle andere boeken. Al heb ik toen toch ook verschrikkelijk hard genoten van Americanah van Chimamanda Ngozi Adichie en van Wij en ik van Saskia De Coster.

Ik weet wat me te doen staat in 2016. Meer boeken lezen waar ik ondersteboven van ben! Die bij voorkeur ook nog eens door een vrouw geschreven werden. Van een uitdaging gesproken! Wil je boeken lezen die veelvuldig bewezen hebben dat ze steengoed zijn, kom je immers al snel bij oude, blanke, dode mannen terecht. Tips voor steengoede boeken van vrouwelijke auteurs zijn welkom. En andere tips ook.

Wat waren jouw beste boeken van de afgelopen jaren? Welk boek heeft van jou een andere mens gemaakt? Welk boek moet ik beslist nog gelezen hebben? En zijn wij al vriendjes op Goodreads?