Snap. Na twee jaar donder ik van mijn roze wolk.
Ik ben twee en ik zeg nee
Twee jaar lang heb ik gestaard naar mijn dochter en mezelf verloren in de ergste verliefdheid die ik ooit heb meegemaakt. Nu is ze twee. Mijn lieve, pientere dochter is twee en ze zegt nee. Ze doet flauw, huilt zonder aanwijsbare reden, loopt te mokken, gooit zich dramatisch op de grond, roept nee nee nee en nog eens nee. Ik sta ernaar te kijken en rol met mijn ogen wanneer ze het niet ziet. Ik zou haar zo graag knuffelen en de hele wereld rond dragen, maar ik moet streng en consequent zijn en haar leren wat grenzen zijn. Dat heet opvoeden, zegt men. Ik vind het maar niks, maar op de lange termijn werpt het zijn vruchten af, or so i’m told.
Troosten, zogen, verschonen. Repeat.
Ik zet dus mijn eerste stapjes in het opvoeden. Tegelijk zorg ik de klok rond voor een baby. Voeden, verschonen, troosten, veel troosten. 24/7, met pauzes van maximum twee uur per stuk. Deze baby huilt veel, veel meer dan zijn grote zus deed als baby. Hij heeft krampjes en geeft veel terug. (Ik had het nooit vermoed maar een goede melkproductie heeft blijkbaar ook uitdagingen.) Hij is alleen maar tevreden als hij tegen me aan plakt. Ik ben genetisch geprogrammeerd om niet tegen zijn gehuil te kunnen, dus hij ligt bijna onafgebroken tegen mijn lijf. Overdag woont hij in mijn draagdoek, het meest onmisbare onderdeel van mijn baby-uitzet. ’s Nachts probeer ik hem naast me in slaap te krijgen, maar als dat niet lukt, leg ik alle adviezen van K&G naast me neer en slaapt hij op me. Mijn baby hoort niet te huilen! Mijn rug is gekraakt, maar ik krijg tenminste wat slaap. En hé, liever een gekraakte rug dan een gebroken moederhart.
‘Geniet ervan’, zeggen ze
Ik moet van deze periode genieten, want waarschijnlijk is dit de laatste keer dat ik een baby van mezelf heb om te vertroetelen en te verwennen. En dat doe ik ook. Overdag slapen op de zetel met baby: ik zuig die momenten in me op, want ze zijn het allerbeste en het komt misschien nooit meer terug. (Op de zetel slapen met de baby, dat mag ook al niet van K&G, oeps.)
Maar voor het eerst sinds ik mama ben geworden, denk ik: ik ga toch ook wel blij zijn wanneer ik weer een beetje vrijheid krijg, wanneer ik weer een beetje meer Sofie kan zijn en niet alleen maar mama.
Wanneer ik mijn lijf terug voor mij heb en er geen melk uit mijn borsten op de badkamervloer druppelt.
Wanneer ik niet meer de hele dag naar zure melk ruik en vol vlekken zit.
Wanneer ik ergens heen kan gaan zonder te denken aan pampers, vochtige doekjes en middagdutjes.
Wanneer het leven gewoon weer wat minder planning vergt.
Wanneer eten gewoon eten is, zittend. Wanneer niet elke maaltijd een walking dinner wordt omdat ik een huilende baby moet wiegen. Wanneer ik niet elke maaltijd met een peuter moet onderhandelen over hoe veel ze van haar bord moet opeten voor ze van tafel mag.
Wanneer ik buiten in de zon een boekje kan lezen, en mijn kinderen zichzelf bezighouden.
Wanneer mijn huis er niet meer voortdurend uitziet alsof er een orkaan gepasseerd is.
Wanneer ik iets kan doen met al mijn idealen en mijn verstand zonder dat ik bang moet zijn dat ik op die manier kostbare momenten met mijn kindjes mis. (Fomo – fear of missing out – heeft de laatste twee jaar een andere betekenis gekregen.)
I’ve never known completeness like being here …
Fast forward. Over enkele jaren zijn mijn kinderen groot, denk ik terug aan nu en mis ik het. Sla ik mezelf voor de kop dat ik er niet genoeg van genoten heb. Zou ik geld geven om nog eens een baby’tje aan mijn borst te mogen drukken in een draagdoek. Denk ik nostalgisch terug aan malse babybilletjes en eerste woordjes en zinnen. Moet ik opletten dat ik geen koekoeksoma word, omdat ik mijn eigen baby’s te veel mis.
Over enkele jaren zie ik deze foto terug, en weet ik het nog zekerder dan nu. Die keer dat ik mijn zoontje niet getroost kreeg, maar hij ophield met huilen van zodra zijn lieve zorgzame grote zus hem knuffelde. Toen, dat moment, dat was volmaakt geluk.
(En waar ik de titel erwtjes vandaan haal? Van Annie M.G. Schmidt. Google it.)
Mooi! En ja hoor, je zal deze periode missen… En tegelijkertijd ook niet, omdat elke periode zijn mooie kanten heeft en het ook gewoon leuk is dat je terug wat tijd voor jezelf krijgt 😉
Allemaal herkenbaar! Alles.
Goed dat je je zo bewust bent van alles en je niet doorslaat in één van de gevoelsrichtingen :). Ik snap heel goed dat je snakt naar even jezelf zijn, maar het is ook mooi dat je daar tegenover kan plaatsen dat dit voorbij gaat en je het dan gaat missen.
En voor dat huilen: mijn osteopaat deed wonderen. Alsof ik een ander kind mee naar huis nam. Met veel melkproductie is het soms ook goed de eerste melk te laten weglopen omdat ze daar meer krampen van krijgen. Maar dat moet je best even aan de vroedvrouw vragen, dat herinner ik me vaag. (Ik had melk voor zes babies. Nog vier te gaan 🙂 ).
zo is het helemaal… 🙂