De huismus zit liefst van al in zijn zetel, hoeft niet noodzakelijk alle feestjes mee te maken, is best tevreden met een avondje niets doen. De huismus maakt er zelfs een punt van om niet elke avond iets te moeten doen. Uit boeken lezen of series kijken haalt de huismus evenveel voldoening als uit een avondje cafépraat. De huismus geniet ervan als de rook om zijn hoofd verdwenen is en kan perfect alleen zijn met zijn eigen gedachten.
De pekker wil geen enkel feestje missen, hij wil elke dag afspreken met zo veel mogelijk vrienden en is liefst zo weinig mogelijk thuis. Als hij al eens thuisblijft, dan nodigt hij gegarandeerd een of meerdere vrienden uit om te komen eten. De pekker neemt altijd te veel hooi op zijn vork en zegt nooit nee. Hij ziet altijd alles zitten. Een extra opleiding volgen, met drie vriendengroepen op één avond afspreken, dit of dat engagement opnemen, een artikel schrijven tegen een strakke deadline. Het is de pekker allemaal best. Hij vindt altijd nog wel een gaatje.
Tegenpolen trekken elkaar aan. Huismussen en pekkers worden wel vaker verliefd op elkaar. Waar ze elkaar tegenkomen? Meestal wanneer de huismus toch eens de buitenwereld opzoekt. Soms ook wanneer de pekker heel toevallig in de zetel van de huismus belandt omdat ze bijvoorbeeld per ongeluk gaan samenhuizen. Zo ging het bij ons, want elke lezer van deze blog weet dat ik zelf ook deel uitmaak van zo’n koppel. Ik vind het een gezonde combinatie. De pekker neemt de huismus vaak genoeg mee naar buiten en zorgt ervoor dat de huismus geen permanente print achterlaat in de zetel. De huismus vraagt nu en dan aan de pekker om ook eens gewoon een avondje thuis te zijn. De pekker verplicht de huismus om uit te gaan wanneer hij misschien zelfs al in pyama zit. De huismus trekt aan de mouw van de pekker wanneer hij weer veel te lang op een feestje wil blijven hangen. De pekker zorgt ervoor dat de huismus vaak genoeg buiten komt. De huismus zorgt ervoor dat de pekker vaak genoeg binnenblijft. Ze houden elkaar in balans.