Naast een moeder die (weer) moet leren stappen, heb ik ook een dochtertje dat leert stappen. De schaterende waggelaar. Ze kan het nog niet, maar vindt het geweldig. Het advies ‘je moet niet leren lopen voor je kan gaan’, lapt ze vierkant aan haar laars. ‘Geef me twee vingers en ik ren rondjes rond te tafel tot mama moe is.’ Intussen schaterlacht ze bij elke stap. ‘Zo leuk, stappen! Waarom hebben jullie me dat niet eerder verteld?’
Alleen stappen is nog niet voor meteen. Zoals ik al vermoedde – en gelukkig maar – waren de meisjes van de crèche net iets te optimistisch over de kwaliteit van haar eerste drie stapjes alleen. Ze moet meer vooruit gevallen zijn. Vallen en opstaan. Ontdekken dat je je niet kan optrekken aan een stoel. Een bloedende lip. Nog meer op mama lijken.