Ik moet veel aan mijn grootmoeder denken de laatste tijd. Bijvoorbeeld wanneer ik de pyjama’s van mijn moeder aan het strijken ben. Ik strijk er meer valse plooien in dan ik goed doe. Ik strijk nooit pyjama’s, maar nu wel die van mijn moeder. Mijn moeder die zelfs haar onderbroeken streek. Ze voelt zich zo al beroerd genoeg zonder dat ze in een ongestreken pyjama moet buitenkomen. Maar ik weet dat mijn moeder zal zien dat ik deze keer haar pyjama’s gestreken heb en niet Julie die het normaal doet. Ze zal het zien aan de valse plooitjes. En dan moet ik denken hoe ze vertelde dat ze vroeger de strijk deden voor de rijke mensen van het dorp, en dat haar moeder zich bij valse plooitjes excuseerde: de kinderen hebben dat gestreken.
Ik heb mijn grootmoeder nooit gekend, behalve van de verhalen en van de bewondering van mijn moeder. Deze maand is het exact dertig jaar geleden dat ze stierf, een jaar voordat ik geboren werd. Een bijzonder mens moet ze geweest zijn. Toen ik veertien was, las ik het boek ‘Afscheid van moeder’. Ik moest het hele boek lang huilen omdat de vrouw die daar beschreven werd me zo verschrikkelijk hard aan mijn moeder deed denken. Het leek wel alsof ik een boek over mijn eigen moeder aan het lezen was. Nochtans zei mama altijd dat Manu over zijn moeder geschreven had, niet over de hare.
Nu schrijf ik mijn eigen afscheid van moeder. Ik hoop dat het echte afscheid nog vele jaren op zich laat wachten. Maar het is een afscheid van een moeder die zonder valse plooitjes kon strijken en zelfs haar onderbroeken streek. Een moeder die met een fulltime job en drie kinderen toch in een kraaknet huis kon leven en op zondag zelfs nog de tijd vond om uit te slapen en computerspelletjes te spelen. Een moeder die er altijd was: op woensdagnamiddag, om vier uur na school, middenin de nacht wanneer ik wakker werd van een ingebeelde wekker en Mattias naar school stuurde. Ze werkte zestig uren per week, maar wat de mensen ook dachten, haar kinderen kwamen altijd op de eerste plaats.
Zelf moeder worden zorgt ervoor dat je met een heel andere blik naar je eigen moeder kijkt. Hoe deed ze het in godsnaam? Hoe kreeg ze het voor elkaar? Het is pas wanneer je zelf moeder wordt dat je begrijpt wat zij voor jou gedaan heeft. Pas dan begrijp je hoe graag zij jou ziet, wat het betekent alles voor iemand te willen doen. Hoe groot en onvoorwaardelijk de liefde die zij voor jou voelt is. En dan wil je proberen een even goede mama te zijn als jouw mama. Maar je weet dat het ideaalbeeld buiten je bereik ligt. Ik zal om te beginnen nooit kunnen strijken zonder valse plooitjes.
Pingback: Moederdag in Antwerpen | Sofie moedert maar wat aan
Ontroerend mooi.