Bij de dood van Philip Roth

He had learned the worst lesson that life can teach – that it makes no sense. And when that happens the happiness is never spontaneous again. It is artificial and, even then, bought at the price of an obstinate estrangement from oneself and one’s history.

(Philip Roth, American Pastoral)

Ik heb nu al zoveel boeken gelezen, en je zou verwachten dat ik inmiddels iets van het leven begrijp, maar de waarheid is dat ik er integendeel steeds minder van begrijp, want elke keer dat ik iets scherp krijg, gaat al de rest weer uit focus. Maar daar dienen die boeken natuurlijk voor, om nu eens dit en dan weer dat scherp te krijgen, zodat je even in de illusie kan vertoeven dat je er iets meer van begrijpt, om vlak daarna weer tot het besef te komen dat je er nu nóg minder van begrijpt.

Wie beter dan wie ook begreep, dat er niets te begrijpen valt, was Philip Roth. Nu is hij dood. Hij was 85 en schreef al jaren niet meer, en hoewel het tegen mijn principes is om te rouwen om iemand die ik niet persoonlijk kende, ben ik er de hele dag klote melancholisch over geweest. Ik niet alleen trouwens. He was all over my Facebook. Dat zowat alle Gentse germanisten Philip Roth lazen op ’t unief en sindsdien elk jaar een beetje kwaad werden dat hij wéér de Nobelprijs niet won, is daar niet vreemd aan. Onze eeuwige gedoodverfde Nobelprijswinnaar. Als het Nobelprijscomité nog niet in diepe crisis was, ze zouden het nu moeten zijn.

Eerst dacht ik nog: kan ik hem wel tot mijn lievelingsschrijvers rekenen als ik maar twee boeken van hem las? Maar toen ging ik naar mijn zolder en vond ik er acht boeken terug waarin ik ooit met potlood of vulpen enthousiast heb zitten onderlijnen en noteren. Het is niet dat ik vergat dat ik die andere boeken las, het is gewoon dat die eerste twee zo’n immense impact op me hebben gehad dat ik Roth altijd reduceer tot American Pastoral en The Counterlife. De postmoderne trucjes van The Counterlife waren een totale revelatie voor mij toen ik dat boek voor het eerst las. En door American Pastoral heb ik geleerd dat een boek zo in je hoofd kan kruipen dat je er zelfs vijftien jaar later nog steeds aan moet denken elke keer dat je handschoenen aandoet. Een schrijver die in staat is om je blik op zoiets futiels en alledaags zo fundamenteel te veranderen, moet wel een groot schrijver zijn. En dat was hij ook. Vandaag herlas ik zijn boeken aan de hand van de quotes die ik er destijds in onderlijnd heb. Hij heeft alles verteld wat er te vertellen valt over mensen. Alles. Over eenzaamheid, over passie en over hoe het leven totaal geen steek houdt. Hij leerde me zoveel. Als je hem nog niet las, doe het dan nu. Nu zijn boeken nog warm zijn. Zelf moet ik dan misschien maar eens eindelijk Portnoy’s Complaint lezen, het boek dat al sinds de eeuwigheid in mijn shortlist van dringend te lezen boeken staat.

Yes, alone we are, deeply alone, and always, in store for us, a layer of loneliness even deeper. There is nothing we can do to dispose of that. No, loneliness shouldn’t surprise us, as astonishing to experience as it may be. You can try yourself inside out, but all you are then is inside out and lonely instead of inside in and lonely. My stupid, stupid Merry dear, stupider even that your stupid father, not even blowing up buildings helps. It’s lonely if there are buildings and it’s lonely if there are no buildings. There is no protest to be lodged against loneliness⎯not all the bombing campaigns in history have made a dent in it. The most lethal of manmade explosives can’t touch it. Stand in awe not of Communism, my idiot child, but of ordinary, everyday loneliness.

(Philip Roth, American Pastoral)

Geef een reactie