Balans van de eerste werkweek

We hebben het overleefd. Dat in tegenstelling tot de persoon van wie ik de resten zag rondslingeren op het spoor vrijdagochtend. That was not a pretty sight. Maar die traumatiserende ervaring terzijde gelaten is dit de balans van de eerste werkweek:
– De nieuwe routine is moordend: opstaan om kwart voor zes – dat is dus wanneer er nog een vijf op de klok staat voor alle duidelijkheid – en meer dan 12 uur later thuiskomen met Martha. Mehdi en ik kwamen tot de conclusie: als dit de routine wordt, dan houden we het niet vol. Maar in realiteit heb ik niet het gevoel dat het begonnen is, het leven met werk en kind. Ik ben aan het aftellen naar de vakantie en hoop uit het diepst van mijn wezen dat ik daarna kan beginnen aftellen naar een andere werkgever. Als de potentiële nieuwe werkgever me vriendelijk bedankt voor mijn aangeboden diensten weet ik nog niet wat ik ga doen. Misschien iets met ziektebriefjes …
– Ik dacht dat drie maanden afstand nemen me zou helpen om het “gedoe” bij P. te relativeren. Dat blijkt niet zo te zijn. Ik had in week 1 al een aanvaring met een collega die omhoog gevallen is tijdens mijn afwezigheid (calme toi, Sofie, zei ze. Ik was pertang kalm.) en met mijn baas. De tweede heb ik wel zo ver gekregen om voor het eerst in zijn leven toe te geven dat hij niemand kan verplichten om meer dan 38u te werken, dus als ik denk mijn werk rond te krijgen in een 9-to-5, dat hij daar dan niks op zal zeggen.
– Martha doet het supergoed in de crèche. Ze is er even braaf als thuis en voelde zich donderdag al genoeg op haar gemak om naar de verzorgsters te lachen. Er wordt goed voor haar gezorgd, door de verzorgsters en de peuters die gefascineerd zijn door “baby Martha”. En ’s avonds is ze altijd vrolijk wanneer ze me terugziet. Ik heb me dus veel te veel zorgen gemaakt op voorhand. Die waren nergens voor nodig. Voor Martha is het allemaal best, als ze maar op tijd en stond haar fles krijgt.

Geef een reactie