Het einde van de rozewolksweken (bis)

Feministes zullen het niet graag horen, maar voor het eerst in mijn leven heb ik het gevoel dat ik ergens de allerbeste in ben. Voor Martha zorgen. Niemand kan dat beter dan ik. Niemand is daar beter voor geplaatst dan ik. Ik had het sure as hell niet verwacht, dat ik dat ging kunnen, laat staan zo goed en bovendien zo graag. Ach, waarschijnlijk is het vooral dat tweede. Want in de crèche zullen ze ook wel goed voor haar zorgen. En de oma’s doen dat ook niet slecht. Maar die combinatie van goed kunnen en graag doen, dat heb ik niet meer meegemaakt sinds de lessen begrijpend lezen in het vierde leerjaar. Goed kunnen lezen biedt niet veel carrièremogelijkheden, dat heb ik nu wel door. En het moederschap staat in onze maatschappij vandaag nog steeds haaks op een carrière.

In Noorwegen, ja, daar hebben ze het begrepen. Dat baby’s bij hun mama moeten blijven, en mama’s bij hun baby. Daar krijgen ouders het eerste levensjaar van hun kind betaald verlof. 46 weken aan 100 % van het loon, waarvan 10 weken gereserveerd zijn voor de vader, kwestie van de gelijkheid op de arbeidsmarkt niet te ondermijnen. Zo zou het hier ook moeten zijn. Dan hoefde ik niet mijn kindje nog voor ze goed en wel drie maanden is achter te laten in de crèche. Ik hou mezelf voor dat ze daar ook goed voor haar zullen zorgen, dat het misschien gemakkelijker is nu ze nog zo klein is, dat het financieel toch geen keuze was om nog een maand langer thuis te blijven, dat ik ook moet denken aan mijn ‘carrière’ of mijn ‘pensioen’, dat ouderschapsverlof pas echt goed van pas zal komen eens Martha naar school gaat, dat ik het zeer waarschijnlijk duizend keer erger vind dan zij. Het helpt niet echt. Wat is dat geluid? The sound of my heart breaking bij de gedachte dat mijn rozewolksweken met mijn eerste, mijn bijzondere dochter bijna voorgoed voorbij zijn. En dat ik nooit meer de kans krijg om ze te herbeleven, en dat de reden dat ik ze níet langer gerekt heb zo veel minder belangrijk is dan Martha: mijn collegialiteit, wat ook maar een mooi woord is voor behaagziek zijn.

Een tip voor toekomstige moeders: als je ook maar het allerkleinste vermoeden hebt dat je graag wat meer tijd met je baby wil doorbrengen en als het financieel enigszins haalbaar is, vraag die extra tijd dan aan voor je je kunt bedenken of iemand anders roet in het eten komt gooien.

Geef een reactie